Krantenartikel

Artikel TROUW:

Mode met 'moslima-power'

Irene Ras − 23/10/10, 00:00

Jonge moslima’s gaan weinig uit, maar winkelen des te meer. Zo hebben ze een flinke invloed op het aanbod van kledingzaken. Getailleerde jasjes, fijne wollen vestjes met kralen, blouses met pofmouwtjes: de nieuwe najaarscollectie is vrouwelijker dan ooit.

’Een Nederlandse vrouw kun je in het buitenland nog steeds het beste herkennen aan haar praktische uiterlijk”, zegt Anet van Haaster. „Dit in tegenstelling tot jonge Nederlandse moslima’s, die er altijd prachtig en verzorgd uitzien. Vaak zijn ze een lust voor het oog, ook op hun gewone werk- en schooldagen.”

Van Haaster is mede-eigenaar van Bureau Nijman + van Haaster. Haar bureau adviseert grote bekende kledingwinkels over de nieuwste modetrends. Nijman + van Haaster deed een jaar lang onderzoek naar de smaak en het koopgedrag van de grote groep jonge moslima’s. „Nederland telt zo’n 80.000 moslima’s in de leeftijd van 15 tot en met 25 jaar. Allemaal modebewuste meiden die nu de arbeidsmarkt op komen en geld te besteden hebben.”

Volgens Van Haaster gaan jonge moslima’s weinig uit, maar winkelen ze des te meer. „In ons onderzoek hebben we ze gevraagd hoe vaak ze shoppen per week. ’Bijna dagelijks’ luidde meestal het antwoord.” Kortom, voor winkeliers een ontzettend belangrijke groep met potentie.

Wie ruim een decennium geleden op de werkvloer om zich heen keek, zag vooral vrouwen in stoere spijkerbroek of gekleed in mannenpak. Dat beeld is de afgelopen jaren geleidelijk veranderd. Een vrouw hoeft zich niet meer mannelijk te kleden om zich gelijkwaardig te voelen. Een jurk naar het werk is heel gewoon geworden, met dank aan de feminiserende arbeidsmarkt. En ook een economische crisis zoals die van de afgelopen jaren draagt bij aan een vrouwelijker look. In tijden van economische onzekerheid is het modebeeld nu eenmaal altijd klassieker. Herenmode wordt mannelijker, damesmode wordt vrouwelijker. Toch is dit seizoen de mode vrouwelijk zoals hij zelfs sinds decennia niet geweest is: Getailleerde jasjes, fijne wollen vestjes met kralen, chique pantalons en blouses met pofmouwtjes.

De opmars van de modebewuste poldermoslima is daar mede debet aan. Sommige kledingmerken zijn zich al langer bewust van deze potentiële kopersgroep. Bij winkels als C & A en WE is rondom het suikerfeest extra feestkleding prominent aanwezig. „Kleding ontwerpen voor moslima’s is voor WE niet het hoofddoel, maar we houden er wel rekening mee”, zegt Sanaa Hamdaoui, designer op de afdeling Women van WE. „Wij zijn er natuurlijk voor iedere vrouw die van mode houdt, maar voor bepaalde items als vestjes, leggings en tunieken weten Hollandse moslima’s ons goed te vinden. Daar zijn we goed in bij WE.”

Hamdaoui hield zelf een klein onderzoek in verschillende WE-filialen onder islamitische koopsters. Artikelen als trenchcoats, skinny jeans en slank gesneden colberts blijken populair. En kleding gemaakt van mooie, soepel vallende stoffen. „Moslima’s kleden zich heel vrouwelijk. Kleding hoeft niet per se praktisch in gebruik te zijn, of makkelijk mee te kunnen met de bonte was”, legt Hamdaoui uit. Bij Nederlandse vrouwen telt dat wel degelijk mee. Maar tot vreugde van Anet van Haaster gaan ook zij steeds meer de vrouwelijke kant op. De goed geklede moslima heeft wel degelijk invloed op de kleedstijl van Nederlandse vrouwen. „Kijk naar schrijfster Naema Tahir of al die Marokkaanse en Turkse vrouwen in de politiek: allemaal prachtige vrouwen. Deze moslima’s zijn een inspiratie voor modebewuste autochtone Nederlanders.”

De poldermoslima wordt steeds meer een stijlicoon, vindt ook José Teunissen, lector Modevormgeving bij Artez, (Hogeschool voor de kunsten) in Arnhem. „Ze zijn natuurlijk een voorbeeld. Ze zijn jong, mooi en vaak succesvol.” Volgens Teunissen ligt het voor de hand dat ook autochtone koopsters hun kledingstijl oppikken. „Als je kleding maar lang genoeg om je heen ziet en het wordt ook nog eens gedragen door vrouwen die er verzorgd en gesoigneerd uitzien, dan gaan ook andere vrouwen het steeds leuker vinden.” Alles kan mode worden, ziet Teunissen. „Mode zegt alleen maar dat je modieus bent, niet dat je van een bepaalde afkomst bent.”

Ook modeconservator Ninke Bloemberg van het Centraal Museum in Utrecht ziet een verandering in kleedstijl van de Nederlandse vrouw. Het Centraal Museum heeft een van de de grootste historische en moderne modecollecties van Nederland. „Beïnvloeding van cultuur is natuurlijk van alle tijden”, legt Bloemberg uit. „In de tweede helft van de 17de eeuw gingen Nederlandse vrouwen zich bijvoorbeeld steeds kuiser kleden, in navolging van de vrouwen van het Spaanse hof, die van kin tot teen bedekt waren met kleding.” Eenmaal verlost van de Spanjaarden diende in de 18de eeuw het Franse hof als stijlicoon – met onder andere het opvallend diepe decolleté als kenmerk – en in de 19de eeuw moest de Nederlandse vrouw vooral landelijk gekleed zijn, met dank aan de Engelsen. ’De nieuwe powervrouwen’ noemt Bloemberg de opkomende generatie moslima’s. Hun beïnvloeding herken je aan de opkomst van de tuniek, zegt ze. Een praktisch kledingstuk, dus dat past prima in onze Nederlandse cultuur. „Maar Nederlandse vrouwen pikken ook andere elementen steeds makkelijker op”, aldus Bloemberg.

Anet van Haaster en José Teunissen opperen zelfs de hoofddoek als mogelijkheid. Het onderscheid in kleedstijl tussen allochtone en autochtone Nederlandse vrouwen is nu nog gebaseerd op aspecten in relatie met religie, verklaart Van Haaster. „Zo is de hoofddoek nu nog een duidelijk verschil. Maar ook dat is een kwestie van tijd.” Teunissen: „Ik zou het niet eens zo gek vinden als iedereen over tien jaar met een hoofddoek loopt. Nu staat het bij ons nog te veel voor religie, maar toen de hoofddoek in de jaren vijftig gedragen werd door toenmalig stijlicoon Grace Kelly, kon het wel en was de hoofddoek modieus. Dat zou zomaar opnieuw kunnen gebeuren.”

Maak jouw eigen website met JouwWeb